Chobe National Park – Een Waar Olifanten Paradijs!

Chobe National Park – Een Waar Olifanten Paradijs!

Deel 1 van ons wildlife avontuur in het noorden van Botswana

Tijdens het schrijven van dit verhaal, zie ik een olifant langzaam, stukje bij beetje, op me af komen. Ik vraag me af of hij dichterbij komt (en ik vraag me af of ik dat wel zou willen zo in m’n stoeltje)…  Maar hij is gewoon lekker ontspannen de struiken aan het slopen, ondertussen met zijn vijfde been tegen z’n onderbuik aan het slaan. Ja ja, je hebt een grote piemel, opschepper! Wij zijn geen match voor je, en zelfs onze lokale ‘gids’ (meer over hem in de volgende blog) is onder de indruk. Hoe dan ook, terwijl een volgende kudde olifanten aan komt en langzaam om ons heen de struiken leeg eten, staan ​​we versteld van het enorme aantal olifanten hier in Botswana. Vijf dagen geleden zijn we Chobe National Park in gegaan, om vervolgens helemaal naar beneden door Savuti en verder naar Khwai / Moremi NP te reizen, waar we nu zijn. Dit gebied staat bekend om de grote diversiteit en hoeveelheid diersoorten, en we hoopten dan ook dat dit de beste natuurervaring van de reis zou worden! De verwachtingen waren hoog en we begonnen in Kasane met een relaxe ​​boottocht over de Chobe-rivier. Rond half vier gingen we aan boord van de boot, wat net zo goed een Duits bejaardentehuis op het water had kunnen zijn; naast ons en een jong Duits stel, waren de resterende 40 personen hoogstwaarschijnlijk hun pensioentje aan het opmaken. Gelukkig had dit in z’n geheel geen effect op de ervaring.  Het was verfrissend om zoiets als een boottour te doen na zoveel kilometers in de auto. Ongeveer drie uur lang voer de boot ons langs nijlpaarden, olifanten, krokodillen, antilopen en vogels die in en langs de rivier leefden. Onder het genot van een koud cidertje hebben we hier een aantal prachtige ”sightings” gehad.

De volgende ochtend kwamen we precies om 7 uur (openingstijd voor zelfrijders) aan bij de toegangspoort van Chobe National Park. Het plan voor de dag was om langs Chobe Riverfront (een route van ongeveer 50 kilometer) te rijden. Er waren echt mega veel antilopen soorten in het park, maar de beste dingen die we gezien hebben waren een leeuwen-stelletje (een beetje verborgen in de struiken), een baby-baviaan op de rug van haar moeder (Jiihaa!), veel visarenden en een enorme kudde van ongeveer 200 olifanten. Vooral dit laatste verbijsterde ons; we hadden al een heel aantal olifanten in de bosjes gezien en toen we een heuveltje op reden,  betraden een heuveltje dat ons een uitzicht gaf over een open gebied naast het water dat vol stond met olifanten. Later kwamen we erachter dat veel kleine kuddes olifanten samenkomen op plaatsen waar water en / of voedsel in overvloed zijn. Hier kunnen mega-kuddes vormen van honderden tot zelfs duizend olifanten. Ze kunnen dit echter alleen in deze regio doen, omdat Botswana ongeveer 250.000 olifanten herbergt. Dit is ongeveer 25% van de gehele wereldpopulatie! Een absoluut olifantenparadijs!

Later die middag kwamen we aan bij Muchenje waar we de benzinetank voor de laatste keer konden vullen. Ook hebben we hier overnacht op camping Muchenje. Zittend op een terras met ons diner, hadden we een prachtig uitzicht over de vlakte en een prachtige Afrikaanse zonsondergang. Een van de eigenaren kwam bij ons zitten, een voormalige Britse man (hij verliet het VK ongeveer 40 jaar geleden), en we spraken over het gebied, Botswana en zijn presidenten. De volgende ochtend hebben we eerst even gerelaxed bij het zwembad, waarna we vertrokken naar het resterende deel van Chobe NP (Linyanti en Savuti). Bij de grens van het park stond er een bord met: “engage 4×4, deep sand ahead”. Dit was iets wat we wel vaker gehoord hadden, en toen lukte het ook allemaal zonder, dus logischerwijs negeerden we dit bordje. Maar het zand werd dieper en dieper en na een paar kilometer besloten we om te stoppen en de banden een stuk leeg te laten lopen voor meer tractie. Dat maakte een groot verschil en we reden rustig door totdat we op een voertuig stuitte dat vastzat in het diepe zand! Het grootste probleem met het zand is dat tussen de sporen van de banden het zand een stuk hoger ligt, vandaar “deep sand”. Voertuigen met een relatief lage bodem zullen dus over het zand slepen, hierdoor onstaat meer wrijving, de auto wordt afgeremd en met te weinig kracht, of een te lage snelheid, kom je uiteindelijk tot stilstand. Dit was ook wat er gebeurd was met het Australische (Eddie) en Noorse (Vera) stel dat we tegenkomen. Als goede burgers stapten we uit de auto en liepen op hen af, uitgerust met onze schop en een grote glimlach op onze gezichten. Zij reageerden soortgelijk. Ken je die mensen die alles nemen zoals het is en proberen er het beste van te maken? Maak kennis met Eddie en Vera. Wat er was gebeurd was dat zij gestopt waren in het diepe zand zonder hierover na te denken, want er waren olifanten naast de weg! Zodra de olifanten vertrokken probeerden ze te gassen, maar er gebeurde letterlijk helemaal niks… Ze zaten vast. En toen kwamen wij op het hoekje kijken. Samen hebben we de auto uitgegraven, en terwijl we dit deden, ontdekten we dat het eigenlijk best leuk is om de auto van iemand anders uit het zand te graven (het scheelde ook dat de zon was verdwenen achter de wolken). Eddie vertelde ons over dat hij gelezen had dat “deze weg auto’s opeet als ontbijt”. Dat was een mooi vooruitzicht, aangezien we ongeveer 20 meter van de 10 km gereden hadden! Ach ja, eerst maar deze situatie oplossen. Na een paar pogingen en hard duwen van Vera, Kellie en ik, was de auto los. Nu was het onze beurt… Kellie nam een ​​aanloop… en ging er in één keer door! Aan de andere kant waren we allemaal even gestopt en kregen we van Eddie en Vera een koud biertje als bedankje. We kwamen erachter dat ook zij onderweg waren naar de camping van Linyanti en dus vervolgenden we onze weg in konvooi.

Bij Muchenje hebben we een heerlijke maaltijd tijdens zonsondergang gegeten, met uitzicht over een prachtige vlakte!

Slechts een paar kilometer verderop moesten we weer stoppen. Deze keer niet voor Eddie en Vera, maar voor een auto gevuld met vier hollanders. Nu klinkt het misschien net alsof er veel auto’s op deze weg staan, maar deze twee waren de enige auto’s die we tegen waren gekomen sinds Muchenje. En ze zaten allemaal vast in het zand (behalve Sisi natuurlijk). De Nederlanders vertelden ons dat dit de derde keer (!) was dat ze vast zaten. En in de volgende 5 km hebben we hen nog drie keer uitgegraven… Welkom in de Afrikaanse wildernis! Uiteindelijk hebben we hen maar even instructies gegeven, ten eerste dat ze de auto in de lage 4×4 versnelling moesten houden. Ten tweede dat ze, waar het kon, moesten proberen over de zijkant van de weg te rijden in plaats van in de sporen, zodat ze de wrijving van het zand kunnen ontwijken. En ten slotte dat ze niet moeten stoppen met gassen, ongeacht hoeveel lawaai de auto maakt, het is toch een huurauto! Vervolgens hebben wij voorop gereden, omdat onze bodem wat hoger lag, dus wij konden in de diepste stukken alvast wat zand wegschrapen voor de volgers! Hierna zijn ze er uiteindelijk in geslaagd om de laatste 5 km in één keer door te rijden.

Onze auto had het fantastisch gedaan, en we bereikten Linyanti dan ook vol zelfvertrouwen en trots; onze zelf gekochte en aangepaste Landcruiser uit ’98 kon alles aan wat Afrika te bieden had, beter nog dan de vele nieuwere en heel veel duurdere huurauto’s! En achteraf gezien hadden we met onze ervaring in Australie (Fraser Island, alleen maar zand) en Kellie’s ervaring met 3 maanden 4×4 rijden in een game reserve, toch wel wat skills ontwikkeld. We voelden ons goed! Bovendien hadden we de beste plek van de camping, ​​op een verhoging onder een boom, met een geweldig uitzicht over een riviertje en de aangrenzende moerasvlakte. Bij aankomst zagen we olifanten grazen in het licht van de ondergaande zon. Het wordt niet beter dan dit! Vanwege het geweldige uitzicht hebben we Eddie en Vera uitgenodigd om bij ons te verblijven. Ze accepteerden gewillig en we hadden een heerlijke braai; een echt Afrikaans feest met bietensalade, aardappelsalade, paprika, maïskolven met boter, kip en boereworst. De rest van de avond hebben we lekker gekletst en gelachen rondom het kampvuur; de perfecte afsluiting van een opwindende dag!

Onze prachtige camping by Linyanti. Als je goed kijkt zie je de olifanten in het moeras lopen!

De volgende ochtend besloten we om vroeg op te staan (5 uur) en samen met Eddie en Vera zijn we vervolgens op zoek (jacht) gegaan naar de beesten! Aangezien we die nacht leeuwen hadden gehoord, en we zelfs sporen hadden gevonden die net afsloegen voor zo ons kamp binnen liepen, was dit waar we naar op zoek waren. We hebben de leeuwen niet gevonden, maar wel enkele olifanten en een roan antilope. Van daar namen we de weg die, zo dachten we, ons naar Savuti zou leiden (gebied midden in Chobe). Na een paar kilometer vonden we een enorme dode olifantenschedel langs de weg en logischerwijs stapten we uit om er foto’s van te maken en even onze benen te strekken. Op hetzelfde moment vloog er een helikopter over ons heen.. en die begon het gebied rondom ons te omcirkelen. We zwaaiden als brave toeristen, gewoon om te laten zien dat we geen stropers waren. Welke stroper zou zwaaien naar een helikopter, toch? Maar we werden behoorlijk nerveus. Zeker toen de helikopter op nog geen 50 meter afstand begon te landen! Op dat moment dacht ik echt dat we in de problemen zaten, al had ik geen idee waarom. Maar, net alsof we vol vertrouwen zaten liepen we richting de helikopter waar drie gamewachten, eentje met een enorm geweer, uitstapten. Nog ietsje nerveuzer. Toen ze uit de helikopter waren, vroegen ze ons wat we hier aan het doen waren. We antwoordden dat we geïnteresseerd waren in de olifantenschedel. Toen vroegen ze ons of we niet bang waren voor leeuwen. Wij antwoorden dat we dat zeker niet waren! Hier moesten ze om lachen en gelukkig brak dit het ijs. Vervolgens leidden ze ons naar de schedel. Ze begonnen uit te leggen hoe je kunt zien of een olifant is gestorven op natuurlijke wijze of door stropers. Dit checken, was de reden dat ze uberhaupt hier geland waren. Wij waren gewoon toevallig op hetzelfde moment ook daar… Wel benadrukten ze dat we in het park niet de veiligheid van de auto mogen verlaten en vervolgens wezen ze ons in de goede richting (want we hadden een verkeerde afslag genomen). We hebben natuurlijk eerst even gewacht totdat de helikopter was opgestegen, en vervolgens zijn we omgekeerd en verder gereden. Nou, weer een nieuwe ervaring toegevoegd aan de lijst!

Onderweg terug kwamen we deze keer een levende, enorme olifanten stier tegen. Hier waren we even gestopt en hij bleek erg nieuwsgierig want hij kwam steeds dichter en dichter bij de auto! Maar hij gedroeg zich rustig, ondertussen een stukje gras etend, en totaal geen waarschuwingssignalen, dus we bleven staan ​​om te wachtten tot hij zou passeren… alleen dat deed hij maar niet. Hij kwam nog dichterbij en op een gegeven moment had ik zo zijn slurf kunnen aanraken als ik dat wilde. Op dat moment besloot ik dat dit me toch echt te dichtbij was, en ik reed heel langzaam de auto een stukje naar voren. Mijn hart klopte als een gek toen ik de motor startte, omdat ik niet wist hoe hij zou reageren op het geluid! Hij bleef echter ontspannen en stak vervolgens gewoon de weg achter ons over. Met grote ogen keken Eddie en Vera naar ons (zij stonden voor ons), en we hadden allemaal door hoe een bijzonder moment dit was. Na deze ervaring vervolgden we onze weg, en wat een weg was dat, verschikkelijk. De weg werd steeds slechter; diep zand voor kilometers achtereen. We merkten dat onze brandstof hierdoor een stuk sneller ging dan normaal, wat ons nogal veel zorgen baarde omdat we nog een lange weg te gaan hadden! We berekenden dat op deze wegen de auto 1 liter verbruikt voor elke 4 kilometer, wat belachelijk inefficiënt is; normaal is het ongeveer 1 liter voor elke 8 kilometer (ook niet geweldig). We dachten er niet eens aan om terug naar Muchenje te rijden aangezien we die avond een dure reservering bij Savuti hadden. Dit creëerde enige onzekerheid, omdat we niet zeker wisten of we de andere kant (ongeveer 250 kilometer verder) zouden halen. Maar voor ons was de enige optie voorwaarts, dieper de wildernis in… Toen we eenmaal bij de entree van Savuti aankwamen, hoorden we dat een leeuwen pride een olifant hadden gedood. Dus wij meteen weer op pad, op zoek naar tekenen van die vangst, die op slechts 300 meter van de poort had moeten zijn… Niet gevonden… Honger won het uiteindelijk van nieuwsgierigheid en dus keerden we terug naar Savuti en maakten we eerst een snelle lunch (nog steeds met Eddie en Vera btw). Met onze buikjes gevuld, gingen we verder met zoeken. Kellie en ik vonden uiteindelijk de leeuwen door de sporen van andere auto’s de bush in te volgen. Ze lagen daar met z’n zessen onder een struik te chillen, hun buikjes nog ronder dan de onze! De zogenaamde dode olifant echter, die hebben we nooit gevonden.

Hierna gingen we nog even op pad, richting het Savuti-moeras. Hier verwacht je een nat gebied, maar in deze tijd van het jaar was er geen waterdruppel te vinden. Desondanks waren de vlakten prachtig met cumuluswolken op de achtergrond. En om onze benen te strekken, klommen we zelfs een kleine heuvel op om wat San people (bushman) kunst te bezoeken. Over het algemeen was het dierenleven tijdens deze rit nogal schaars, wat we niet hadden verwacht na het lezen van de Lonely Planet (dit boek is echt goed in verwachtingen creeeren die te vaak niet uit lijken te komen). Dus, zoals je snapt, begonnen we een beetje teleurgesteld aan de terug tocht. Maar toen we bijna bij het kamp waren zagen we plots een enorme stofwolk; het teken van een grote kudde (buffels of olifanten) in beweging. Dit bleken ongeveer honderd buffels te zijn en ze waren op weg naar de waterhole dicht bij het kamp. Dezelfde waterhole die ook heel dicht bij de leeuwen lag, die we eerder die middag nog hadden gezien! Alle buffels verzamelden zich rond de waterhole, een gat dat veels te klein was voor allen tegelijk. Vervolgens probeerde ook nog een olifant zich door de kudde buffels te dringen om bij het water te komen, en dat terwijl dat kleine gat ook nog eens bezet was door twee nijlpaarden! Maar vlak voordat de olifant het water bereikte, schrok hij ergens van en rende hij trompetterend en wel weg. Alsof ze op dit teken hadden gewacht verschenen uit het niets zes leeuwen! Ze grepen hun kans en sprintten op de buffels af. De kudde begon in één keer te bewegen en lawaai te maken. Maar dit was niet chaotisch, zoals je zou verwachten, maar leek juist erg georganiseerd, de kudde bewegend als één. We voelden en hoorden de enorme hoeveelheid hoeven tegen de grond slaan en een grote stofwolk verduisterde het actie terrein. Na een paar ogenblikken ging het stof liggen en ontstond er een slagveld tussen prooi en roofdier; de leiders van de buffels en leeuwen stonden recht tegenover elkaar. Omstebeurt waren ze elkaar aan het polsen, het was wat je noemt een stand-off. Totdat! De buffel stier gooit ineens z’n horens in de strijd en de leeuwen sprinten achterwaarts, bang voor de kracht van deze horens. Een paar meter verder blijven ze even zitten. Op dit punt zien we nog maar drie leeuwen, terwijl we weten dat ze met zes waren. De andere drie waren om de groep heen bewogen en ineens vallen ze aan die kant aan. Deze tactiek om de buffalo formatie te breken lijkt even te werken, een jong dier loopt eventjes alleen met één leeuw tussen hem en de rest van de groep. Maar voordat de rest van de leeuwen kunnen aansluiten, vallen wat buffels uit naar de leeuw en is het jong weer veilig. Zo gaat dit een tijdje over en weer, recht voor onze neus. Het voelde alsof we in een National Geographic-documentaire zaten! Het enige wat we misten, was de stem van David Attenborough. De jagende leeuwen waren met vijf leeuwinnen en een jong mannetje. Nu vraag je je af, waar zijn de volwassen mannetjes. Zoals te verwachten gedroegen deze zich als typische mannetjes leeuwen. We zagen ze ongeveer 50 meter verderop liggen; net als ons waren ze het schouwspel alleen maar aan het bekijken. De koningen van de savanne die jagen niet, die worden gevoed. Helaas, helaas werd het donker voordat de de leeuwen een kill hadden gemaakt en moesten we terug keren naar het kamp. Maar we wisten dat, al zagen we zelf de kill niet, de kans groot was dat we de volgende ochtend wel wat zouden kunnen vinden! Dus weer vroeg eruit was het motto! Bij het kampvuur bespraken we de dag, en natuurlijk vooral de avond, met Eddie en Vera terwijl we een opnieuw een feestmaal bereidden. Wat was dat fantastisch zeg!! We sliepen als baby’s (werden niet eens wakker toen een kleine kudde olifanten ons kamp doorliep, Eddie en Vera wel).

De volgende ochtend namen we afscheid van onze nieuwe vrienden en gingen terug naar het strijdterrein. En we konden onze ogen niet geloven! We vonden inderdaad een karkas omringd door leeuwen, maar het was geen buffel! Blijkbaar hadden de buffels de strijd gewonnen en in plaats daarvan hadden de leeuwen een middelgrote olifant gedood! Vanwege de enorme populatie olifanten in de regio staan deze lokale leeuwen ook wel bekend om het feit dat het olifanten (kill) experts zijn, heel cool! We bleven een paar uurtjes kijken, en zagen hoe de leeuwen om beurten het karkas uit elkaar trokken om vervolgens naar de drinkplaats te lopen om te drinken. Na een tijdje werd het echter te warm voor hen (en ons) en dus zochten ze een een plekje in de schaduw voor hun dutje. Voor ons was dit een teken dat we verder konden gaan, op naar de grootste binnenlandse delta in de wereld: de Okavango Delta! Lees meer over dit fantastische avondtuur in onze volgende blog

Lars –

This Post Has 5 Comments

  1. Elly

    Jee Lars en Kel, wat een bijzondere reis en wat een mooie ontmoetingen, verhalen en foto’s. Echt gaaf om dit allemaal te lezen. Zo’n andere wereld. Ben benieuwd naar Namibie! Liefs,

  2. Ruben en Lilian

    wat een avontuur! Mama en ik hebben hier super hard om moeten lachen: “Ja ja, je hebt een grote piemel, opschepper! Wij zijn geen match voor je, en zelfs onze lokale ‘gids’ (meer over hem in de volgende blog) is onder de indruk”. Wij zijn heel erg nieuwsgierig naar die lokale gids…haha

    Ruben heeft besloten jullie op te zoeken als jullie weer teruggaan.

    Heel veel liefs en schrijf vooral door, want dit kunnen wij iedereen aanraden om te lezen.

    1. bylifeconnected

      Ruub en Lil! Thanks!! Superleuk om jullie reactie te lezen. En blij om te horen dat jullie het ook leuk vinden om de foto’s te kijken en verhaaltjes te lezen. Daar doen we het voor =)

Leave a Reply